De waarde van meertalige communicatie

“Als je niet elk woord in één taal kunt zeggen, dan spreek je die taal niet vloeiend.”

“Talen mengen binnen een zin of verhaal dat je vertelt laat zien dat je de doeltaal niet beheerst.”

Zo wordt er vaak gedacht over taalgebruik. De taalvaardigheid van nieuwkomers wordt bekritiseerd, in tegenstelling tot het waarderen van communicatie – in welke taal dan ook. Dit beperkt interactie en begrip. Laten we ons bewegen richting een maatschappij waarin er ruimte is voor open en duidelijke communicatie zonder kritiek op taalvaardigheid.

Als kind had ik soms het gevoel dat ik niet vrijuit kon communiceren. Vaak had ik het gevoel dat ik mijn Engelse taalvaardigheid moest bewijzen. Opgroeiend in het buitenland, in een maatschappij waarin Engels de voertaal was, had ik buitenshuis geen behoefte aan mijn thuistaal, het Nederlands. Op school moest ik vaak opletten dat ik mezelf niet voor schut zette door per ongeluk de verkeerde taal te gebruiken. Hierdoor voelde ik mij niet vrij om te spreken. Ik kreeg het gevoel dat ik mijn Engelse kennis moest bewijzen, ook al kan mij geen moment herinneren dat ik geen Engels kon spreken.

Jaren later had ik een vergelijkbare ervaring toen ik in het buitenland op een Engelstalige internationale school werkte. Er werd veel waarde gehecht aan het spreken van uitstekend Engels en vaardigheden in andere talen werden genegeerd. Taalfouten in het Engels werden bekritiseerd en toegeschreven aan het feit dat men niet uit een Engelstalig land kwam en dus wel een verminderde Engelse taalvaardigheid moest hebben. Maar niemand beoordeelde hen die Engels als moedertaal spraken als ze een taalfout maakten, simpelweg vanwege hun land van herkomst.

Nu ik werkzaam ben als leerkracht van nieuwkomers, zie ik mijn leerlingen met dezelfde problematiek worstelen. Zo had ik een leerling die dacht dat hij niet goed kon rekenen omdat hij de getallen (nog) niet in het Nederlands kende. Het was voor hem onbelangrijk dat hij het antwoord – in zijn eigen taal – sneller wist dan de meeste Nederlandstalige leerlingen. Hij had geleerd dat je alleen meetelde als je het in het Nederlands kon. Een andere leerling had altijd wat meer denktijd nodig dan haar ééntalige klasgenoten. Dit was niet omdat ze de berekening niet vlot kon maken ,maar omdat ze geen taalfouten wilde maken in het Nederlands. Vaak gaf ze er de voorkeur aan om te doen alsof ze het antwoord niet wist, zodat ze ook geen risico liep op het maken van taalfouten.

We moeten onze leerlingen de ruimte geven om ons te laten zien wat ze weten door middel van welke taal dan ook. Natuurlijk willen we dat ze ook de schooltaal goed leren. Maar zelfs moedertaalsprekers maken taalfouten zonder dat ze ervoor worden vernederd. Waarom zouden we dat dan wel doen bij anderstaligen die echt proberen te communiceren en deel te zijn van de maatschappij ondanks het feit dat ze de taal nog niet volledig beheersen. Zeker, leer ze om het ook in de schooltaal te kunnen zeggen. Maar neem het ze niet kwalijk dat ze in eerste instantie meerdere talen nodig hebben.

Omarm leerlingen die proberen te communiceren, ook als ze de taal nog niet vloeiend spreken. Moedig ze aan om te spreken, te delen en deel uit te maken van de groep. Geef ruimte aan talen en help om een veilige klasomgeving te creëren, waar leerlingen zich vrij voelen om deel te nemen zonder op hun woorden te hoeven letten.

Hanneke Baart | PhD onderzoeker, Translanguaging & Digital Tools

Momenteel is deze blog alleen beschikbaar in het Nederlands en Engels. Om het in een andere taal te lezen raden we de vertaaltool DeepL.com aan.

Terug