Meertalig vermenigvuldigen: Wat als het in een andere taal wel lukt?

Een uitdaging die ik ervaar als leerkracht van nieuwkomers, is dat mijn leerlingen niet altijd de woorden hebben om mij te laten zien welke kennis ze al in huis hebben. Sommige leerlingen zeggen de eerste maanden bijna niets terwijl ze zich de nieuwe schooltaal eigen maken. Velen vervelen zich op school, omdat ze al best veel kunnen maar dit nog niet in de schooltaal kunnen zeggen. Daardoor werken ze op een veel te laag niveau. Door de talen van mijn leerlingen te omarmen – ze zelf te laten kiezen welke taal ze gebruiken om zich te uiten – kan ik als leerkracht veel beter inschatten op welk niveau mijn leerlingen zitten. Het zelfvertrouwen van de kinderen groeit als ze op deze manier kunnen laten zien wat ze weten. Verveling verdwijnt omdat ze op het juiste niveau worden uitgedaagd.

In onze Nieuwkomersklas zijn we tijdens de rekenles bezig met het leren van de tafels. Sommige leerlingen hebben de tafels in de thuistaal al geautomatiseerd. Voor anderen is het, in de thuistaal en de schooltaal, helemaal nieuw. Leerlingen kunnen stickers verdienen als ze een tafel geautomatiseerd hebben en krijgen uiteindelijk een tafel diploma. Laat ik je meenemen naar een les van afgelopen donderdag:

Een leerling komt enthousiast naar me toe. Hij heeft thuis flink geoefend met het leren van de tafel van 3 en wil dit graag laten zien. Natuurlijk mag dit! Hij begint gemotiveerd: “1×3=3, 2×3=6, 3×3=….90, nee 9.” Hortend en stotend gaat hij het rijtje verder af. Hij heeft duidelijk moeite met het benoemen van de hogere getallen. Onzeker kijkt hij om zich heen. Bij de som 7×3 hoor ik hem in zijn thuistaal 21 mompelen. Hij kijkt naar de getallenlijn aan de muur en na een paar seconden zegt hij het antwoord in het Nederlands. Ik zie dat hij de tafel van 3 kent, maar de schooltaal zit hem op dit moment in de weg.

Nogmaals vraag ik hem om het rijtje op te zeggen, maar dan in zijn thuistaal. Zelfverzekerd begint hij vlot de tafelsommen op te zeggen. Een vriend van hem, die dezelfde taal spreekt, komt er nieuwsgierig bij staan. Hij kijkt bewonderend toe: “Alles goed! En zo snel!” Twee andere leerlingen, die vlakbij aan het werk zijn, hebben het ook gehoord. Ze begrijpen zijn thuistaal wellicht niet, maar zien aan zijn uitstraling dat hij weet wat hij doet. “Knap!” zeggen ze. Daar ben ik het mee eens. Hij kent het best. Dat het nog niet in de schooltaal lukt, betekent niet dat hij niet weet waar we het over hebben. Die sticker, die is zeker wel verdiend.

Hanneke Baart | PhD onderzoeker, Translanguaging & Digital Tools

Momenteel is deze blog alleen beschikbaar in het Nederlands en Engels. Om het in een andere taal te lezen raden we de vertaaltool DeepL.com aan.

Terug